In gevallen waarbij paarden kampen met zodanig ernstige gewrichtsschade en artrose dat gewrichtsinfiltraties niet (meer) helpen, kan een chirurgische arthrodese overwogen worden. Deze techniek heeft als doel het pijnlijke gewricht te fusioneren, zodat de pijn die gepaard gaat met de artrose verdwijnt. Bij deze techniek wordt het resterende gewrichtskraakbeen verwijderd om een fusie tussen de aangrenzende botten te versnellen. Het gewricht wordt hiervoor in de meeste gewrichten ook gefixeerd met één of meerdere platen en schroeven.
Bij gewrichten die van nature weinig of geen beweging kennen (‘low motion joints’) kunnen paarden zelfs nog terugkeren in sportieve activiteit. Hierbij denken we vooral aan het kroongewricht en de spatgewrichten in de sprong. De prognose zal afhangen van de leeftijd, het gewicht en het temperament van het paard.
Naast het kroongewricht (plaat en schroeven) en de sprong (uitboren van spatgewrichten) komen ook de koggen, de carpus, de schouder en de hals in aanmerking voor een arthrodese. In het geval van de koggen, schouder en carpus heeft dit natuurlijk wel impact op de beweeglijkheid van het gewricht en is de operatie bedoeld voor pijnverlichting als weide- of fokpaard.